Wittenhorst

Zoeken | Contact

Throwback Thursday: Jan Schatorjé, beste speler aller tijden van Wittenhorst

22 februari 2018

Throwback Thursday: Jan Schatorjé, de beste speler aller tijden van RKsv Wittenhorst.

We schrijven het jaartal 1946. De oorlog is een jaar achter de rug en al snel wist Wittenhorst 1 een kampioenschap te vieren. ‘Ut Iërst’ promoveerde als kampioen van de 4e Klasse naar de 3e Klasse en met een regionaal en herkenbaar elftal werd ook in de 3e Klasse de titel gepakt. Eén speler viel in het bijzonder op: de pas 16-jarige Jan Schatorjé, een Horster jochie wat in de jeugd al indruk maakte. Het bleek de opmaat te zijn voor een mooie carrière.

Wittenhorst 1 kende in de eerste jaren na de oorlog enkele gloriejaren. Na het behaalde kampioenschap in 1946-1947, werd ook in het daaropvolgende seizoen de titel in de Derde Klasse behaald. De jonge, frivole, linksbenige Schatorjé (op de Horster teamfoto bovenste rij, vijfde van links) maakte hierdoor in zijn eerste twee seizoenen al meteen twee titels mee. Tot 1952 blijft Jan bij Wittenhorst. In 2003 werd hem gevraagd waarom hij maar liefst zes jaar bij Wittenhorst bleef. “Mijn vader was een echte Wittenhorst supporter. Hij wilde niet dat ik naar een andere club ging. Het heeft even geduurd voordat ik de moed had toch mijn zin door te drijven”, aldus Jan.

In 1952 vertrekt hij toch: vanaf dat moment speelt hij twee seizoenen als amateur bij VVV-Venlo. Toen de KNVB in 1954 het betaald voetbal invoerde, werd Jan zowaar prof en debuteerde hij op 28 november 1954 in een uitwedstrijd tegen AFC Ajax. In de Meern wist VVV warempel met 2-3 te winnen van spelers als Eddy-Pieters Graafland en Rinus Michels. In het stadion zagen zo’n 22.000 supporters Schatorjé één van de doelpunten maken.

Overigens kreeg hij bij het ondertekenen van zijn contract van de club een brommer om van Horst naar de training aan De Kraal te rijden. Veel verdiende een prof toentertijd niet. Jan hierover in 2003: “We kregen drie tientjes voor een gewonnen wedstrijd en een tientje voor elke training. Dat was zeventig gulden per week. Als we tenminste wonnen. Als we verloren, kregen we maar veertig gulden. Dat was best wel veel geld, maar staat natuurlijk niet in verhouding tot wat spelers tegenwoordig verdienen. Voor dat geld maken ze nu hun schoenriemen niet eens meer vast."

In de jaren ’50 kende ene Faas Wilkes zijn gloriejaren. De ‘Tulp uit Rotterdam’ speelde in het begin van dit decennium drie jaar bij Valencia en speelde o.a. tegen Alfredo de Stefano en Ferenc Puskás. De international keerde mede vanwege gezondheidsredenen terug naar Nederland en koos voor VVV, daar de Limburgers hem 50.000 gulden per jaar wilden betalen. Hierop besloot Jan te vertrekken en wel naar Vitesse. In 2003 zei Jan hier het volgende over: “Daar heb ik twee seizoenen gespeeld. Toen zag ik dat op en neer gereis niet meer zitten. Elke wedstrijd was voor mij een uitwedstrijd. Ik was destijds goed bevriend met de voorzitter van VVV, Jo van Daalen. De club heeft me in 1959 weer teruggekocht.”

Na nog vier jaar VVV, waarin o.a. de KNVB-beker werd gewonnen, besloot Jan in 1963 op 34-jarige leeftijd te stoppen met profvoetbal en werd hij trainer. Zijn hoogtepunt als trainer bereikte hij in 1966 door met Wittenhorst 1 kampioen van de Derde Klasse te worden. Daarna werd hij trainer bij o.a. Sparta ’18 en SV Meerlo.

In 2003 werd Jan verkozen tot beste Wittenhorst-speler aller tijden. Destijds was zijn reactie: “Ik moet eerlijk zeggen dat ik mezelf wel bij de eerste drie zag eindigen. Maar vergeet niet dat Wittenhorst veel uitstekende voetballers heeft voortgebracht.” Hij reageerde gevat op de vraag of hij trots was met zijn uitverkiezing: “Ach, wat heet trots. Ik vind het wel heel leuk, maar ik blijf met beide beentjes op de grond staan. Ik ben niet zo’n opschepper.”

In 2009 overleed de beste Wittenhorst-speler aller tijden op 80-jarige leeftijd.